Geschreven door Geert Brands in 2004.
In Annen en de naaste omgeving waren in mijn kinder- en jeugdjaren, zo vlak voor en na de 2e wereldoorlog, nog verscheidene neringdoenden en mensen die kleine dorpswinkeltjes dreven.
Het lijkt me interessant om eens een tochtje te maken door mijn geboortedorp Annen en dan ongeveer 50 à 70 jaar terug. Komende vanuit de richting Zuidlaren gaan we in Schuilingsoord de grens over en beginnen bij de Zuidlaarderweg. Aan de linkerzijde staan de oneven huisnummers en aan de rechterzijde de even nummering.
In het eerste huis, Zuidlaarderweg 1, woonden Willem Landman en zijn vrouw(van Duitse afkomst) en zij hadden een winkeltje in touwmaterialen. Alles wat een landbouwer nodig had aan touw, hadden zij te koop o.a. paardenlijnen, strengen, paardenhalsters, paardentuigen, koehalsters en zogenaamde hoorntouwen. Verder allerlei gevlochten aardappelkorven en metalen dopjes om je vingertoppen te beschermen bij het aardappel rooien. De meeste dagen van de week ging Willem met paard en wagen langs zijn klanten om zijn koopwaar aan te bieden. De venterswagen was overkapt met rondom glazen schuifdeuren, zodat je vanaf de buitenkant alles in de wagen kon zien.
In de boerderij Zuidlaarderweg 3 woonde de familie Boerema. De huidige bewoner Rieno ging vroeger als menner mee met de schoolreisjes. Dit ging als volgt: 2 boerenwagens op luchtbanden werden aan elkaar gekoppeld en aan beide zijden met dennetakken versierd. Getrokken door twee paarden en met de wagens vol zingende schoolkinderen ging het meestal richting Paterswolde, waar nabij het Paterswoldse meer een speeltuin was.
Naast het boerenwerk deed Rieno in de herfstdagen tevens aan huisslachting, in samenwerking met de plaatselijke slager Niek Douma. Huisslachting hield in dat er vroeger bij veel gezinnen een varken werd geslacht.
Tegenover de boerderij van Boerema, een eindje van de weg af, woonde de familie Hamminga in Zuidlaarderweg 16 en hier had men een grutterswinkel.
Iets verderop richting Annen had Jan Emmens met zijn vrouw in het pand Zuidlaarderweg 20 een kruidenierswinkel. Later is dit voortgezet door hun zoon Hendrik en zijn vrouw Griet, waarna hun schoonzoon Piet Boerema(neef van Rieno) met zijn vrouw het heeft overgenomen. Piet en Geesje Boerema hebben nog jarenlang de kruidenierswinkel beheerd, waarbij Piet tevens rondreed met een grote rijdende winkelwagen.
Tegenover de winkel van Emmens had Hendrik Beukinga met zijn vader een klompenmakerij in Zuidlaarderweg 5. Het was een lage, grijze, bepleisterde woning met achter een schuurtje waarin het bedrijfje uitgeoefend werd. Heel vroeger werden hier de klompen nog volledig met de hand gemaakt. In mijn jeugdjaren gebeurde dit bij Beukinga al met een halfautomatische machine. Rondom het huisje van Beukinga lagen altijd veel lange en dikke populieren boomstammen als voorraad. Deze bomen werden meestal aangevoerd met een “mallejan”, een tweewielig werktuig met grote houten wielen met een diameter van wel 2 meter met in het midden een grote ijzeren haak, waar de dikke boomstammen in kwamen te hangen. Het geheel werd getrokken door één of twee paarden. In het begin van de zestiger jaren is het huisje met schuurtje afgebroken.
In het pand Zuidlaarderweg 22 woonden vroeger mijn grootouders van vaders kant, n.l. Geert Brands en Berendina Bruining. Na de zestiger jaren is dit pand bewoond door Jan en Roelfie Matthijssen, die later met hun zweefmolen vaak op de noordelijke kermissen te zien waren. Midden jaren tachtig is het huis grondig verbouwd.
Na dit huis begon de weg iets te klimmen en bij een flauwe bocht naar links komen we bij een groepje woningen.In de eerste woning links, Zuidlaarderweg 11, woonde Jacob Boer. Door middel van een transportfiets met korf ventte hij zijn vleesprodukten (vleeswaren van Udema Gieten).
Iets verderop rechts van de weg in de woning Zuidlaarderweg 26 woonden vroeger mijn grootouders van moeders kant, n.l. Arend Nijborg met zijn vrouw Grietje van der Laan. Ze hadden een boerderijtje met een slepersbedrijfje. Dit hield in, dat ze met paarden en wagens vracht vervoerden voor andere mensen. Ook werd er op deze manier veel stro vervoerd naar boeren in Friesland. Later(midden dertiger jaren) gebeurde dit met vrachtauto’s van het merk ”A Ford”. Dit waren destijds de eerste transportbedrijven.
Even verder passeer je de zandweg(thans verharde weg) naar het Kniphorstbos, richting Schipborg / Anloo.
Na de huidige rotonde volgt het pand Zuidlaarderweg 38 met aan de zuidkant het hunebed (Noordlo 9). In dit pand ben ik, schrijver van dit verhaal, geboren op 13 november 1935 en ik werd vernoemd naar mijn grootvader van vaders kant, namelijk Geert Brands.
In en om dit huis vlak naast de dikke stein’n ben ik opgegroeid en hier heb ik ook mijn jeugd doorgebracht. Later, in de vijftiger en zestiger jaren, heb ik samen met mijn vader als ondernemer hier gewerkt in een loon- en sproeibedrijf. De loodsen, die achter het huis stonden, zijn in ongeveer 1980 gesloopt en het akkerland dat bij dit huis behoorde, is al weer jaren geleden volgebouwd met moderne woningen.
Recht tegenover ons huis stond Zuidlaarderweg 19 naast het “Kremersloantie”. Dit paadje was een verbinding tussen de Zuidlaarderweg en de Annerstreek. Op nummer 19 woonden Harm Ottens. Met een hondenkar ventte Harm met petroleum in grote delen van onze gemeente. Later werd de kar vervangen door een bakfiets die ook nog deels getrokken werd door een grote sterke hond met de naam Juno. Tevens verkochten ze thuis ook petroleum in blikken.
In het huis ernaast, Zuidlaarderweg 21, woonde vroeger de familie Zuurman. Cobie, een dochter van Zuurman, was coupeuse en veel mensen uit de buurt lieten bij haar hun kleren maken en verstellen. In die dagen had niet iedereen een naaimachine en ook niet iedereen kon goed naaien. In dit huis kwamen in het begin van de jaren veertig Abel Reitsema en zijn vrouw Grietje wonen. Ook Grietje was klerennaaister en heel wat kleren zijn bij haar gemaakt voor mensen uit Annen en omgeving. Abel zelf was huisschilder en als hobby fokte hij konijnen(hollanders) , waarmee hij vaak naar diverse tentoonstellingen ging. Ook had hij prachtig gekleurde vogels in grote kooien van gaas.
In het huis hiernaast, Zuidlaarderweg 23, woonde Jan de Jonge en Jan begon na de oorlog een handel in groenten. Het was geen winkel, maar op werkdagen ventte hij met paard en wagen met groenten en fruit door verschillende dorpen van de gemeente.
Terug naar de rechterkant, Zuidlaarderweg 40. Hier woonde W. Hinze met zijn vrouw. Hinze was van Duitse afkomst, wat nog duidelijk aan zijn uitspraak was te horen. Van beroep was hij kleermaker, welk beroep hij thuis uitoefende.
Het lage(toen oude) huisje Zuidlaarderweg 58 was van Hendrik Nijborg en zijn vrouw Haarmke. Hendrik werd altijd Hendek Olfie genoemd, waarschijnlijk omdat zijn vader Adolf heette. Adolf werd wel eens afgekort tot Olf en dan kreeg men al gauw Hendek van Adolf, Hendek van Olf en uiteindelijk Hendek Olfie. Omdat hij ook klein van persoon was, kwam er een ie achter. Hij reed altijd op een transportfiets met voor en achterop de fiets grote korven(manden) waarin zijn handel zat opgeborgen, zoals kippen, biggen, kalveren, konijnen enz., dus allemaal levende have.
In het huis Zuidlaarderweg 68 woonde Wilm van der Boor met een groot gezin. Hij was tevens koster over het kapelletje naast zijn huis. In deze Ned. Hervormde kapel werden diensten gehouden en ‘s zondags hadden wij er de zondagsschool en in het laatste oorlogsjaar moesten we in dit gebouwtje ons schoolwerk eens per week ophalen, omdat de lagere school gevorderd was door de Duitse bezetter. Voor in de woning van v.d. Boor was een vrij grote winkel gerealiseerd, waar speelgoed te koop was. Deze werd ook wel “de bazar van van der Boor”genoemd.
Vlak hiernaast(Zuidlaarderweg 70) stond de slagerswinkel van Niek Douma, de slager die in de herfstdagen samen werkte met Rieno Boerema, waarover ik eerder vertelde.
Al snel na de slagerij van Douma gaan we links af de Annerstreek op, vroeger een smal klinkerstraatje met hier en daar bebouwing.
Op de Annerstreek waren vroeger geen winkeltjes, wel ventte Bettie Boor met brood langs de weg. Ze woonde op het einde van de Annerstreek nabij de grens met Zuidlaren. Ze was al een bejaarde weduwe en gebruikte voor het venten een houten bakkerskar met grote wielen.
Willem Lageman woonde op Annerstreek 15 in een lang en laag huis. Hij ventte met grote koffers op een transportfiets langs de klanten met lappen, stoffen, borstels en vele andere huishoudelijke artikelen.
We gaan terug over de Annerstreek en komen nu weer op de Zuidlaarderweg richting de kom van Annen. Het tweede huis links Zuidlaarderweg 49 was het winkeltje van Christoffel Kiewiet. Hij verkocht hier hoeden, petten, damescorsetten en nog veel meer. Kiewiet was geboren in de gemeente Gieten maar hij had zich een ander taaltje aangeleerd, bijna een beetje zangerig.
Aan de rechterzijde even verderop was in de Zuidlaarderweg 82 de naaimachinewinkel van de familie Branholthe en later de bloemenwinkel van Hendrik en Griet Kasemir.
Op het adres Zuidlaarderweg 88 woonde Geert Boelens. Dit huis was een boerderij met tevens een handel in brandstoffen zoals turf, baggel, cokes en eierkolen.
Hier weer naast een boerderij met schuur, Zuidlaarderweg 90, van de Gebr. Ep, Geert, Harko en Bertus Scheffers. Ze hadden hier een expeditiebedrijf, auto- en bodedienst op Groningen en Assen.
Op Zuidlaarderweg 94 woonde Anne Kasemir en hij was commissionair in stro, graan en aardappelen en tevens verkocht hij tuinzaden.
Op de plek waar nu een dubbele woning staat met huisnrs. 96 en 98, stond vroeger een oud huis van de gebr. Anno en Hendrik Huisman. Deze twee al op leeftijd vrijgezelle mannen bedreven hier een schoenlapperij. Voor het huisje stonden 2 dikke kastanjebomen waarvan ze de afgevallen bladeren opzochten, droogden en vervolgens oprookten in hun pijp.
Zuidlaarderweg 100 was de kapperswinkel van Willem Oostland. Na de oorlog is hij met vrouw en kinderen naar Canada geemigreerd, maar enkele jaren later ook weer teruggekomen.
Aan de andere kant van de weg had Jelle Koers op Zuidlaarderweg 65 zijn fietsenwinkel, welke heden ten dage nog bestaat. Jelle verkocht hier tevens kachels en elektrische artikelen, zoals strijkijzers, stofzuigers etc. Wel is deze winkel in de loop der jaren behoorlijk uitgebreid.
Bakker H. van Breda had in Zuidlaarderweg 73 een goed lopende bakkerij met veel klanten, met al gauw na de bevrijding muurautomaten, waarmee je voor één kwartje de lekkerste gehaktballen uit de muur kon halen. Een traditie was ook dat tegen Sinterklaastijd de plaatselijke middenstand prachtige “Sinterklaastafels”uitstalde in hun winkels. Op dergelijke tafels stalden ze dan alles uit wat ze konden maken en verkopen tijdens de feestdagen. Moeders met kinderen aan de hand liepen dan langs deze tafels om te zien wat ze zoal konden gaan kopen.
Ook in de etalage van bakker v. Breda lagen prachtige kunstwerken uitgestald van marsepein, chocolade, gebak etc.
Aan de ander kant bij Zuidlaarderweg 106 was de slagerij van Harm Koers met tevens een noodslachting. Dit hield in dat, wanneer er in Annen of wijde omgeving een koe of paard gestorven was, dit meestal via de noodslachting in de aanbieding kwam. Zo direct na de oorlog was er vaak niet te veel vlees te krijgen en voor veel mensen was het een welkome aanvulling in hun karig bestaan. Lange rijen mensen uit de hele gemeente Anloo en Zuidlaren stonden dan voor de winkel tot op de Zuidlaarderweg te wachten op een portie vlees in de aanbieding(noodslachtingsvlees).
Op de plek van Zuidlaarderweg 108 stond vroeger een oud groot huis met schuur. In deze schuur is Harm Dekens begonnen met fietsen herstellen. Achter deze woning stond voor de oorlog nog een korenmolen uit 1871, eigendom van Jan Dekens, de grootvader van Harm. Vandaar dat heden ten dage de achterliggende woningbouw aan de “ Molenakkers” staat.
We gaan verder met het huis naast bakker v. Breda. Op dit adres Zuidlaarderweg 75 had Geert Redeker zijn winkeltje. Vroeger stond hier een laag oud huis met voorin links een klein winkeltje in elektrospullen zoals: Ruton stofzuigers, kleine radiootjes, strijkijzers etc. In het achterhuis had Geert zijn werkplaats en hij was tevens loodgieter, waterfitter en electriciën. Hij verplaatste zich op een D.K.W.motorrijwiel.
Direct na de bevrijding, wanneer er b.v. regeringsberichten werden uitgezonden via de radio, dan hing Geert een paar grote luidsprekers in de voor zijn huisje staande lindenbomen. Dit gebeurde eens in de week op een vaste avond, de bevolking was hier wel op aangewezen daar niemand meer een radiotoestel bezat, want deze waren in de oorlogsjaren door de Duitsers gevorderd. Van heinde en verre kwamen de mensen om te luisteren naar deze radiouitzending, waardoor er op een gedeelte van de Zuidlaarderweg veel mensen stonden. Dit was nog mogelijk omdat niemand toen in het bezit was van een auto, verkeer was er weinig en ’s avonds al helemaal niet. Wij als jonge kinderen vonden dit wel gezellig want veel te beleven was er in die dagen niet.
De huisschilder en glazenzetter Hendrik Mulder woonde op Zuidlaarderweg 77.
Het boerderijtje van Egbert Schuitema stond op Zuidlaarderweg 79. Hij had een grote wagen op luchtbanden met twee Friese paarden ervoor en vervoerde allerlei goederen. Ook versleepte hij met deze paarden lange boomstammen in het Kniphorstbos, toen het bos gesloopt werd door de Duitsers. Verder was hij vaak grensrechter bij de voetbalvereniging Annen.
Op Zuidlaarderweg 81 stond vroeger het huis met winkel in kruidenierswaren(grutter) van Gerrit Tjarks. Gerrit ventte met paard en wagen door de gemeente. Dit pand is halverwege de jaren zestig gesloopt en in 1980 is hier een nieuw politiebureau gebouwd. Ondertussen is ook dit pand al weer gesloopt en thans is hier het winkelcentrum.
Naast de woning van Tjarks stond nog een smalle woning Zuidlaarderweg 83 waar vroeger Harm Boer in woonde. Ik weet nog dat in de oorlogsjaren hier met de hand klompen werden gemaakt. Deze klompen waren log en zwaar, het was meer een stuk hout met een gat waar je voet in moest. We noemden deze klompen dan ook oorlogsschepen.
Daarna volgde het gebouwencomplex van gemeentewerken Anloo. Op dit terrein stond tevens een houten brandtoren. Vanaf deze toren kon men zien waar de brand was uitgebroken. Vaak zijn we als opgeschoten jongens naar boven geklommen waar je een prachtig uitzicht over Annen en omgeving had. Dit was natuurlijk niet toegestaan en het moest altijd stiekum gebeuren.
Aan dezelfde kant volgde dan Zuidlaarderweg 95, de bakkerij van Jacob Zeubring en zijn zoon Jan.
In 1959 is in een weilandje nog de woning Zuidlaarderweg 97 gebouwd. Egbert Mulder had op dit adres een reparatiebedrijfje in elektrische apparaten, o.a. radio- en televisietoestellen die destijds in opkomst waren. Later is het pand verbouwd en werd het de winkel van fotograaf Anton van As.
Tegenover dit pand stond vroeger het café “De Zon”, Zuidlaarderweg 124. Deze naam was afgeleid van de familie Zondag, die hier heeft gewoond. Later is het café verkocht aan de familie E. Luth, waarna omstreeks 1930 dit café is afgebrand. Na herbouw is het café voortgezet door Bareld Schuiling. Na sloop heeft de Rabobank er een nieuw kantoor gebouwd.
Dit is tevens het laatste gebouw van de Zuidlaarderweg aan de rechterzijde. Tot zover een summiere beschrijving aan beide zijden van de Zuidlaarderweg.
Vervolgens maken we nu een rondje door het dorp Annen, de “kom”dus.
Nabij het café van Luth was vroeger een splitsing van de wegen De Wolden en de Brink, maar in latere jaren is deze situatie veranderd in de huidige. We houden dus de route van vroeger aan en gaan naar links De Wolden op, een mooie gezellige straatweg met aan de linkerzijde meerdere boerderijen en rechts de prachtige brink, met aan de noordzijde de muziekkoepel. Parallel lopend aan De Wolden over de brink liep tussen een dubbele rij zware eikenbomen het zogenaamde “Fabriekspad”, dat naar het vroegere melkfabriekje De Wolden 4 ging.
Allereerst woonden in De Wolden 5(het zogenaamde Jodenhuis) Hendrik Kasemir en Griet. Zij had hier een bloemenwinkeltje.
In De Wolden 27 was de schoenwinkel van Jan Mulder. Tevens naaide zijn vrouw kleren voor andere mensen. Jan en zijn vrouw waren beiden doof en spraken met een soort gebarentaal. Beroepshalve werd er bij het herstellen van schoenen veel met pek of pik gewerkt. Veel mensen in Annen hadden vaak een bijnaam en omdat de naam Mulder veel voorkwam in Annen, stond hij in de wijde omgeving beter bekend als “Doof Jan Pik”.
Kapper Holtman en zijn vrouw dreven in De Wolden 29 jarenlang een goed lopende heren – en dameskapsalon. Aan de voorkant van het pand hadden ze een winkel in rookartikelen en ook de voetbalopstellingen werden hier bekend gemaakt.
Na de kapperszaak gaan we linksaf de Wilgendijk op. In de volksmond werd deze buurt vroeger “de Jordaan” genoemd . Geert Heiminge aan de Wilgendijk 1 verkocht hier vroeger petroleum in blikken en tevens zorgde hij op het voetbalveld op de brink voor de belijning met kalk, het plaatsen van doelnetten, etc.
In Wilgendijk 3 woonde Hendrik Seggers, de zoon van de plaatselijke schaapherder “Schepers Hendek”. Verder ging men hier met de geit naar de bok.
We gaan weer terug en links af direct om de hoek had Jan Koopman in De Wolden 31 een goed lopende bakkerij en winkel. In oktober 1961 hield het venten eensklaps op toen Jan voor het huis van collega bakker Sanders te Schuilingsoord uit zijn auto stapte en door een andere auto werd geschept en daarbij jammerlijk verongelukte. De verkoop vanuit hun winkel is door zijn vrouw nog voortgezet tot 1970.
In De Wolden 33 woonde de dorpstimmerman Geert Rebbers.
Een paar huizen verderop woonde wagen- annex stelmaker Piet Rademaker en zijn zoon Lammert in De Wolden 39. Hoofdzakelijk werden hier boerenwagens gemaakt zoals wipkarren, linnenwagens, kruiwagens en landhekken, schop- en vorkstelen etc. Later werden er ook laadbakken op vee- en vrachtauto’s gemaakt. Altijd lagen er grote en veelal dikke boomstammen als voorraad rondom de woning.
In een klein laag oud huisje aan De Wolden 43 woonde Lute Maathuis met zijn vrouw. Lute had hier in een donkere schuurruimte achter in het huisje een fietsenherstelplaats.Zoals bij veel bewoners was het toilet zover mogelijk achter in huis. Als jongen ben ik er wel eens geweest en bij het binnenkomen zag je eerst bijna niks en riep je “volluk”. Uit een van de hoeken achter in huis kwam dan de stem van Lute die vroeg wat je moest. Lute bleek dus op “thoessie”te zitten en ik moest maar even wachten. Het huisje is later afgebroken en thans staan hier de landbouwmachines en tractoren van Smit.
De smederij De Wolden 45 was in mijn jonge jaren nog een echte dorpssmederij van Job (Jacob) Smit. In mijn jeugd kon men ´s morgens om zes uur het slaan op de aanbeelden duidelijk in het dorp horen en er stonden vaak boeren te wachten, omdat hun paard moest worden voorzien van nieuwe hoefijzers.
Tegenover de smederij woonden mijn oom Lucas Fidder met tante Stiena in De Wolden 2. Deze boerderij staat met de achterkant naar de straat. Luuks vervoerde met een vrachtauto goederen voor derden. Onder meer vervoerde hij zilverzand voor stucadoorswerk (fijn schuurwerk) vanuit de Moere bij Grolloo.Voor op zijn vrachtauto stond in sierlijke letters de naam “Snip”en zo stond deze auto in de wijde omgeving ook bekend.
Het volgende pand De Wolden 4 was het voormalige melkfabriekje, waar Harm van Wijk zijn stelmakerij had; vanaf hier richting brink en vervolgens in noordelijk richting was het Fabriekspad tussen de dubbele rij eiken bomen.
Aan de overkant van de straat was de woning met winkel van Mello Ruzius. Mello was o.a. fotograaf en verkocht foto-artikelen.
De Wolden 51 was het dorpscafé van Hendrik van Rein. In de schuur naast het café had hij o.a. een aantal hengsten, het was dan ook café annex hengstenhouderij.
We gaan nu linksaf de Spijkerboorsdijk op.
Direct rechts Spijkerboorsdijk 2 stond de boerderij van de familie Smit die enige jaren na de oorlog is afgebroken. In opdracht van Geert Rademaker is op dit adres een nieuwe woning gebouwd. Geert bedreef hier een agentschap in verzekeringen. Na aan de linkerkant het gemeentehuis gepasseerd te zijn volgt in Spijkerboorsdijk 4 de stelmakerij en timmerwerkplaats van Douwe de Boer. Hier werden dezelfde werkzaamheden verricht als bij Piet Rademaker.
Vóór dit pand gaan we rechts af naar De Hullen 2. Hier was vroeger het havencafé. Ongeveer 100 meter in oostelijke richting was de haven van Annen, waar in mijn jonge jaren geregeld een aantal turfschepen lagen afgemeerd. De turfschippers uit Annen waren Harm Kuipers en Geert Pieter Hopman. Ook werden hier aardappelen en kunstmest geladen en gelost voor de landbouwcooperatie of voor de firma Schuiling, die later in het havencafé een aardappel- en kunstmesthandel bezaten. Na het laden of lossen van de schepen vertrok men weer via de Annerwijk naar het Grevelingkanaal in Annerveenschekanaal.
We gaan nu rechtsaf naar Havenstraat 9 van de fam. Kuipers. Harm Kuipers had hier een brandstoffenzaak in turf, baggels, eierkolen, briketten en anthraciet. Naast verkoop aan huis werd de brandstof met paard en wagen langs de klanten gebracht en na de oorlog met een vrachtauto. Tevens was Harm Kuipers in het bezit van een schip, waarmee ze zelf de turf uit het zuid-oosten van Drenthe haalden.
Hiernaast op Havenstraat 7 bedreef Jan Klinkhamer een transportbedrijfje met een vrachtauto, en tijdens de oorlogsjaren, met paarden en wagens. Voor de oorlog was Jan Huisman de vrachtwagenbestuurder en in de oorlog was Adolf Nijborg de paardenmenner. Na de bevrijding is er weer een vrachtwagen aangeschaft.
Licht klimmend de Hondsrug op komen we bij een driesprong en Bartelaar 9. Hier woonde vroeger Febe Huisman, schoenlapper en voorganger van de plaatselijke begrafenisvereniging.
Op de driesprong gaan we nu linksaf een zandweg in en in het laatste huis aan de rechterkant woonde Jan Kuipers die handelde in brandstoffen. Ook hier werden de brandstoffen met paard en wagen uitgevent en hij was ook in het bezit van een schip. Later vervoerde hij nog vracht met een oude GMC, een voertuig van de Canadezen uit de oorlog.
We keren nu terug naar het huisje van Febe Huisman en hier vandaan gaan we nu scherp naar links voorbij de boerderij van Hendrik Eling en volgen we de zandweg met aan het eind Bartelaar 23, waar Harm Jager klokken, wekkers en horloges uit het dorp en de wijde omgeving repareerde.
We gaan nu weer helemaal terug richting dorp, waar op Bartelaar 6 vroeger huisschilder Berend Mulder woonde.
Aan de overkant op Bartelaar 1 woonde Hendrik Mulder met een kruidenierswinkel.
Bij de viersprong gaan we linksaf naar Kruisstraat 33, waar Niek Greving een fouragehandel had en met een Peugeot bestelauto zijn handel rond bracht.
Vervolgens komen we bij Kruisstraat 27. Hier had weduwe Houwing een winkeltje, waar fietsen werden gerepareerd en verkocht. Soms stond er bij mooi weer een papagaai in een grote kooi, wat in onze tijd heel bijzonder was, want niemand van ons had ooit zo’n mooie tropische vogel, die ook nog kon praten, gezien.
Hendrik Okken had in Kruisstraat 25 een druk beklante kruidenierswinkel.
In Kruisstraat 19 woonde dorpstimmerman Lucas Niemeijer en later woonde zijn zoon Jan hier met zijn gezin.
In een statig huis Kruisstraat 17 nabij de driesprong woonde jarenlang dokter Jager en daarna dokter Niermeyer. Later werd deze dokter opgevolgd door dokter Maillette de Buy Wenniger.
We gaan bij de kruising linksaf en komen aan de rechterkant bij Kruisstraat 15, een goed beklante brood en banketbakkerij van Hendrik Hommes. Het venten met brood etc. gebeurde per bakfiets en trekhond, later bakfiets met motor en nog later werd er gevent met een auto.
Roel Hopman woonde aan de Kruisstraat 14 en hij was turfschipper van beroep. Zijn ouders woonden permanent op hun turfschip, waarmee ze een groot gedeelte van het jaar vele scheepsladingen met turf vanuit de zuidoostelijke Drentse venen naar Noord Drenthe vervoerden.In de winter lagen ze met hun schip vooraan in de haven van de Annerwijk.
Achter op het schip in het kleine “roefje” keek de schipper met zijn vrouw dan toe hoe wij in de winterkoude aan het schaatsen waren. Het winters gebeuren had altijd een gezellige sfeer als er uit het schoorsteentje boven op de roef rook kringelde en het lamplicht uit de kleine raampjes naar buiten scheen.
We gaan door naar Kruisstraat 6, waar Jan Dekens zijn brood en banketbakkerij had. Zijn zonen hielpen hem en waarschijnlijk was dit de grootste bakkerij van het dorp.De bakkerij is in de zestiger jaren veranderd in een bar annex cafétaria.
In het huisje Kruisstraat 4 woonde Jan Matthijssen. In mijn herinnering reisde Jan met zijn vrouw met een zweefmolen langs de diverse kermissen. Jaren later zat Jan in de rondhouthandel en bracht hij het hout met een tractor met aanhangwagen naar Hoogezand voor de papierindustrie.
We gaan nu terug en linksaf de Schoolstraat in. In Schoolstraat 30 woonde Ot Hidding met een koelruimte voor consumptie- en pootaardappelen in samenwerking met Hendrik Schuiling. Geert Niemeijer woonde in Schoolstraat 26 en verrichte loonwerkzaamheden en was tevens melkboer. Schoolstraat 22 was in mijn tijd een oude boerderij. Direct na de bevrijding werd het huis bewoond door Harm Jan Dekens die in groenten en fruit handelde. Hij had de raarste en gekste winkelwagen die ik ooit heb gezien. Van een ouderwetse luxe auto(A.Ford) had hij het achterste gedeelte van de cabine weggezaagd en op deze plaats een houten laadbak getimmerd, waarop groenten – en fruitkisten werden gestapeld. Als dit geheel beladen de weg opkwam, was het altijd weer een koddig gezicht omdat alle verhoudingen zoek waren.
Na Schoolstraat 22 gaan we rechtaf (vroeger een zandpaadje) naar De Hoek.
De Hoek 9 en 11 was het adres van landbouwer Jacob(Job) Moek. In de novembermaand deed hij veel aan huisslachtingen.
Naast hem woonde Willem Beukinga. Willem bracht kranten rond en verkocht tevens scheurkalenders.
Het huisje De Hoek 4 was het garen – en manufacturenwinkeltje van Gerrit Beukinga.
In De Hoek 7, tegen de boerderij van Job Moek, was het winkeltje van Evert Bulk. Evert verkocht gloeilampen, stoppen, enz.enz. en hij was tevens elektriciën. Ook nam hij de meterstanden op in het dorp. Verder verkocht hij klompen, die hij op een zelf gemaakte elektrische klompenmakersmachine maakte.
Geert Beukinga woonde in De Hoek 5 en had hier zijn kruidenierswinkeltje.
Job Pepping was in De Hoek 3 keuterboer en verzorgde tevens 1 keer per week op de woensdag een bodedienst met paard en overdekte wagen van Annen naar Assen.
Het laatste huis op deze route is De Hoek 1. Hier woonde Jan Oostland. Hij verkocht petroleum aan huis en verder ventte hij samen met zijn zoon Roel. Elk reden ze met een hondenkar waarop een petroleumvat stond. Met dergelijke hondenwagens reden de plaatselijke ondernemers vaak met grote snelheid door het dorp en over de vele zandwegen buiten het dorp.
Op de kruising Schoolstraat –Molenakkers woonde op huisnummer 37 dorpstimmerman Roel Niemeijer met achter zijn woning de werkplaats.
Verder was er aan de Molenakkers 32 nog de grutterswinkel van Albert Okken en Fenna.
In Schoolstraat 3 was de bakkerswinkel van Hendrik Rademaker. Hij kreeg zijn producten geleverd van de Coöperatie ”De Dageraad” en om de verschillende Rademakers uit elkaar te houden, kreeg hij de bijnaam “Hendrik Dageraad”. Harrie Beukinga ventte voor hem op een transportfiets met voorop een kist voor de stoeten(witte broden), roggebroden, enz.
We gaan nu een eindje terug en rechtsaf de Molenakkers in en bij de eerste weg rechts naar de Markeweg. Op Markeweg 8 stond vroeger een heel oud huisje waar Harm en Geessien Mulder hun kruidenierswinkeltje zijn begonnen. Dit huis is later door zoon Lucas gesloopt en vervangen door een nieuw huis.
Via de Markeweg gaan we rechtsaf en komen bij Brink 2. Op dit adres had Jacob Okken een grutterswinkel. Daarna werd dit de rijwielherstelplaats en fietsenwinkel van Harm Dekens. Tevens had hij voor zijn winkel een benzinepomp en kon men bij Harm een luxe auto(oud koetsmodel) huren en vervoerde hij mensen in zijn taxi.
Hendrik Nijborg woonde in Brink 4 en had een brandstoffenhandel/transportbedrijf.
Gerrit Redeker, geholpen door zoon Piet, had op Brink 6 een slagerij en deed in de herfst aan huisslachting. Zoon Piet bezorgde bij de vaste klanten de bestellingen op een transportfiets met voorop een grote korf(mand) met slagerswaren.
Naast deze slagerij was de dorpssmederij van de familie Udding. Lucas en Johannes hielpen hun vader in de smederij en later is de smederij voortgezet door Lucas.
Op Brink 12 en 12a een groot wit huis waar secretaris Mulder woonde. Hier was tevens het eerste filiaal van de Boerenleenbank, later Rabobank. Jaren later is het directeurschap overgenomen door zijn zoon Egbert Mulder in de nieuwe Rabobank aan de Kruisakkers 39 en 41.
In Brink 14 was het postkantoor gevestigd met als postkantoorhouder Medendorp die later opgevolgd is door de heer Holvast. Daarna verhuisde het postkantoor naar Kruisakkers 40b naast het dorpshuis.
Aan de Brink 16 was de manufacturenwinkel annex schildersbedrijf van Jacobus(Kobus) en Sofie Kah. Kobus was huisschilder en zijn vrouw beheerde de manufacturenwinkel. Hun zoon Mans heeft de manufacturenwinkel voortgezet en de schildersafdeling is later door Rieks Cleveringa verplaatst naar de voormalige landbouwschool aan de Kruisakkers 14.
Nog voor de oorlog kwam in Brink 18 de nieuwe winkel in kruidenierswaren van Lucas Mulder, in die tijd was dit een moderne winkel.
Henk, de zoon van Lucas, heeft deze winkel nog jarenlang voortgezet.
Brink 24 was ook een manufacturenwinkel. Deze winkel is waarschijnlijk vroeger gebouwd door een joodse familie Cohen uit Zuidlaren. Voorzover ik me kan herinneren werd deze winkel bewoond door Bertus Kingma en later door Jan Schutrups.
Dan een eindje verderop aan de andere kant van de straat volgt Brink 1, de garage van Jan Venekamp, die later is overgenomen door Hendrik Stadman. Ook voor deze garage stond al voor de oorlog een benzinepomp. Zijn zoon Harm Stadman heeft de garage daarna voortgezet.
Aan de Anlooerweg 6 had Derk Stevens een rondhouthandel.
We gaan nu naar de Eexterweg 2b, waar Hendrik en Rieks Völlink een schoenlapperij hadden. In Eexterweg 4 had Jan Kors met zijn zonen Harm en Jans een loonbedrijf.
Chris Nijborg had verder op Eexterweg 13 een brandstoffenhandel
In en na 1950 zijn aan de Kruisakkers nog verschillende winkeltjes gebouwd, onder meer aan:
Kruisakkers 1 was de grutterswinkel annex woonhuis van Gerrit Tjarks, later voortgezet door hun zoon Ep.
Kruisakkers 2, groentewinkel annex woonhuis van Johannes(Hans)Fidder, in latere jaren voortgezet door hun zoon Bartho.
Kruisakkers 4 was een witgoedwinkel annex woonhuis.
In Kruisakkers 5 was de schilderswinkel van Henderiekus Cleveringa met woonhuis gevestigd.
Verder stond aan de Kruisakkers 6 een manufacturenwinkel met woonhuis van Willem Lageman.